Helga De Pelsmaeker (Sint-Franciscustehuis in Brakel): "We
zullen er altijd voor proberen te zorgen dat de
bewoner geen afscheid moet nemen van zijn dier..."
klik voor groter en sta even stil
bij deze prachtige foto
ANTWERPEN -
Voortaan zijn in de Antwerpse OCMW-rusthuizen zeven honden
tewerkgesteld. En een konijn. De meeste bewoners zijn er maar al
te blij mee.
In veel rusthuizen komen dieren er niet in. Maar de rust- en
verzorgingstehuizen van het Antwerpse OCMW kiezen voor een
andere aanpak. De medewerkers van de tehuizen kunnen samen met
hun huisdier een opleiding volgen, waarna ze de dieren mogen
loslaten op de bejaarden in de instellingen. En die zijn er blij
om. Onderzoek heeft immers aangetoond dat huisdieren een
positieve invloed hebben op oudere mensen.
De meeste
bewoners van rusthuis Vinck-Heymans zijn alvast razend
enthousiast met de nieuwe bezoekers: zeven honden en een konijn
,,Hoe meer beesten, hoe liever. Voor mij mogen er ook gerust
enkele katten of geiten bijkomen, of zelfs olifanten'', zegt
Urbain Corthals (82). De man heeft zijn hele leven lang een hond
gehad. Maar toen hij drie jaar geleden zijn intrek nam in het
rusthuis, mocht hij die niet meenemen. ,,Ik ben een echte
dierenvriend, en daarom vind ik het fantastisch als de dieren
hier zijn. Ik fleur dan helemaal op.''
Projectverantwoordelijke Frank Vercammen benadrukt het belang
van de actie. ,,Het is bewezen dat huisdieren ervoor zorgen dat
bejaarden meer vertellen en bewegen. Sommige begeleiders waren
stomverbaasd. Bejaarden die amper nog bewogen, staken plots hun
handen uit om de dieren te aaien.''
Animator Hilde Roels treedt hem bij. ,,Je ziet sommige mensen
volledig openbloeien. Zo hebben we hier een enorm gespannen man
die de hele tijd met zijn vuisten gebald rondloopt. Ik ging met
mijn hond Babs naar hem toe en hij opende spontaan zijn hand om
de hond te aaien. De bejaarden zijn ook meer geneigd om te gaan
wandelen als er een hond bij is. Dan zijn ze niet alleen.''
Ook verzorgster Ann Provost merkt een duidelijk verschil sinds
de dieren hun intrek in het rusthuis genomen hebben. ,,De
bejaarden voelen zich rustiger, dat zie je zelfs aan de bewoners
met Parkinson. Ze beven minder.''
Ann vindt dat de dieren algemeen gezien positief onthaald
worden. ,,Als ik door de tuin wandel met mijn konijn Bram,
kloppen verschillende bejaarden op de ruit om me duidelijk te
maken dat ik naar binnen moet komen. Maar er zijn er ook enkelen
die liever niet in de buurt van de dieren komen en ook geen
enkele affectie tonen voor de honden. Zo is er een vrouw die
jarenlang in een beenhouwerij gewerkt heeft. Voor haar is mijn
konijn alleen maar een stuk vlees.''
Angst dat één van de honden zal bijten, is er blijkbaar niet.
,,Dat is zo goed als uitgesloten'', verklaart
projectverantwoordelijke Vercammen. ,,De honden kwamen tijdens
hun opleiding in aanraking met allerhande situaties. Op die
manier konden we nagaan hoe ze zich dan gedragen. We hebben de
dieren zeer hevig geaaid, op de schoot genomen, in een rolstol
gezet en we hebben hen geconfronteerd met plotse geluiden. Alle
acht hadden ze daar geen enkele moeite mee. Een dier dat anders
reageert, nemen we niet aan.''
In het rusthuis zouden sommigen graag een of meerdere dieren een
vaste verblijfplaats willen geven. De kranige Urbain is helemaal
voor het idee gewonnen. Ook animator Hilde ziet het wel zitten,
maar ze wijst tegelijkertijd op het extra werk. ,,De bejaarden
zouden de dieren wel eten kunnen geven, maar meer ook niet.
Dieren verzorgen moeten we zelf doen.''
En dan is er nog iets, vreest Vercammen. Met al die lieve oudjes
in de buurt - de dieren zouden geen moment rust meer kennen.
•
Goed voor hart- en bloedvaten
•
Een vertrouweling met veel geduld
•
Nooit meer eenzaam
•
Dierenvrienden hebben veel vrienden
•
Dieren in een instelling? Graag!
•
"Er is iemand hier geweest, ik ben niet alleen..."
•
Met huisdieren naar het rustoord
• Kioshi 'werkt' op de palliatieve zorgen
•
Een gezonde relatie
Als
u een huisdier hebt, weet u hoeveel vriendschap u ervan krijgt.
Maar weet u ook dat er wetenschappelijke bewijzen bestaan voor
de gunstige invloed van huisdieren op onze gezondheid? Dat er
instellingen, rustoorden en zelfs ziekenhuizen bestaan waar
dieren worden ingeschakeld in de therapieën? Hond, poes,
papegaai, vis,... een huisdier laat u nooit in de steek.
Ons landje telt ongeveer 1,5 miljoen
honden en 1,8 miljoen katten als gezelschapsdieren. Anders
gezegd: 29 % van de gezinnen heeft minstens één hond, 25 %
minstens één kat. Tel daar nog eens 3 miljoen vogels, 4 miljoen
vissen en 1 miljoen dwergkonijntjes, Guinese biggetjes
en hamstertjes bij en we hoeven u niet meer te vertellen dat
heel wat mensen verknocht zijn aan dierlijk gezelschap.
Natuurlijk vergen dieren verzorging en kosten zij wat geld, maar
dat wordt ruimschoots gecompenseerd door alle plezier, liefde,
warmte, gezelschap en aanhankelijkheid die u in ruil krijgt.
Samenleven met een gezelschapsdier doet zowel fysiek, psychisch
als sociaal deugd.
Ons land was een pionier in het inschakelen van dieren ter
bevordering van de psychische en fysieke gezondheid van de mens.
Reeds in de 9de eeuw nam de stad Geel het initiatief dieren toe
te wijzen aan sommige zieken, tijdens hun herstelperiode. Nadien
is het wachten tot de 18de eeuw vooraleer men vergelijkbare
toepassingen vindt. Het bleef bij experimenten, er werden geen
wetenschappelijke evaluaties gemaakt van de resultaten. Daarmee
gingen men pas twintig jaar geleden van start. Sindsdien werd
er, vooral in de Angelsaksische landen, veel onderzoek verricht
naar de gunstige invloed van gezelschapsdieren op het welzijn
van mensen, zowel sociaal, affectief, emotioneel, psychologisch
als fysiek.
GOED VOOR HART EN
BLOEDVATEN
In ons land houdt de vzw
Ethologia zich bezig met de studie
van de relatie mens-dier en het verstrekken van informatie
hierover. Wij gingen te rade bij Françoise Sion, de
projectcoördinator van deze vereniging, en bij dokter Firmin De
Brandt die als huisarts én dierenvriend bijzondere interesse
heeft voor de band tussen mens en dier en de invloed die dieren
op onze gezondheid kunnen hebben.
Dokter De Brandt:
"Eerst en vooral zijn er de objectief meetbare
parameters. De aanwezigheid van een huisdier,
het strelen van
een dier werkt rustgevend en heeft een gunstige invloed op de
hartfrequentie en de bloeddruk.
Dieren verjagen alle stress. Ze
zorgen voor afleiding. Maar er zijn ook andere fysiek merkbare
voordelen: een dier vergt verzorging en dat brengt regelmaat in
het leven. Sommige mensen gaan daardoor ook bewuster voor
zichzelf zorgen. Als je het een keertje niet ziet zitten en geen
zin hebt om je bed uit te komen, zal je kat of hond je er wel
toe aanzetten. Het dier vraagt aandacht, wil eten,... Met een
hond moet je bovendien regelmatig gaan wandelen. Dat betekent
een fysieke inspanning met alle gunstige gevolgen vandien: het
traint de spieren en bewegen is goed voor hart- en bloedvaten.
Bovendien gebeurt dat in open lucht, zodat het nodige zonlicht
wordt opgedaan voor de aanmaak van vitamine D."
Een belangrijke Australische studie heeft zelfs aangetoond dat
mensen die een gezelschapsdier hebben, veel minder vaak naar de
dokter lopen voor kleine problemen zoals een verkoudheid.
EEN VERTROUWELING MET VEEL GEDULD
Maar
gezondheid is heel wat meer dan de afwezigheid van ziekte.
Beide specialisten zijn ervan overtuigd dat de invloed op
psychisch vlak nog veel belangrijker is.
Dr. De Brandt: "Heel wat mensen dreigen met de jaren het gevoel
van eigenwaarde te verliezen. De kinderen zijn zelfstandig,
niemand heeft hun zorg nog nodig. Maar gezelschapsdieren hebben
hen wél nodig, tegenover hen dragen zij een verantwoordelijkheid
en over hen hebben ze een zekere autoriteit. Dat is voor sommige
mensen essentieel. Diverse studies hebben uitgewezen dat
mensen
met huisdieren veel minder kans lopen op een depressie. Ze zijn
beter bestand tegen tegenslagen."
Françoise Sion: "Een gezelschapsdier is ook een heel belangrijk
luisterend oor. Tegen een dier kan je alles vertellen.
Problemen, verdriet of frustraties... De kat en de hond
luisteren, ze kijken je aan alsof ze je begrijpen en vellen
nooit een oordeel. Van hen krijg je niet te horen dat je weer
aan het zeuren bent. Ze zijn bovendien heel gevoelig voor
emoties. Is het baasje blij, dan delen ze in de vreugde, heeft
baasje verdriet, dan nestelt de poes zich begripvol op de schoot
of legt de hond troostend zijn kop op je arm. Dieren vellen
bovendien nooit een oordeel over het uiterlijk van iemand. Je
mag aartslelijk zijn of verminkt door littekens, herstellend van
een zware ingreep of geplaagd door bronchitis, voor een dier
maakt het allemaal niet uit. Het aanvaardt je zoals je bent.
Zijn liefde is onvoorwaardelijk.
Bovendien brengen dieren
vreugde in huis. Ze spelen graag, doen
de gekste dingen en dat werkt soms aanstekelijk. Het opgewekte
deuntje van een vogel laat niemand onberoerd. Dieren kunnen heel
goed helpen om een moeilijke periode door te komen: een
tegenslag, een overlijden,... Mensen met huisdieren kunnen dat
makkelijker verwerken en komen deze crisisperioden sneller door."
NOOIT MEER EENZAAM
Dokter De Brandt: "Voor veel mensen is het
lichamelijke contact
dat ze met een gezelschapsdier hebben erg belangrijk.
Iedereen
heeft nood aan warmte, aan knuffelen en geknuffeld worden. In
onze moderne maatschappij gebeurt dat echter minder en minder en
zeker bij ouderen blijft die nood vaak onbeantwoord. Als
huisarts kan ik mijn patiënten moeilijk beginnen knuffelen of ze
even op de schoot nemen. Toch is het precies dat waar sommigen
behoefte aan hebben. Een gezelschapsdier kan in belangrijke mate
aan die behoefte voldoen. Met een dier in huis, ook al is het
een vogel of een hamstertje, ben je nooit meer alleen. Het verjaagt de eenzaamheid.
Mensen die een hond in huis hebben, voelen zich bovendien vaak
veiliger. Iedereen hoort wel eens een plank kraken in huis, maar
als de hond niet reageert mag je gerust zijn dat er niets aan de
hand is. Omgekeerd zijn er mensen die bijvoorbeeld niet meer al
te best horen. De hond zal hen duidelijk maken wanneer er aan de
deur wordt gebeld."
DIERENVRIENDEN HEBBEN VEEL VRIENDEN
Françoise Sion: "Gezelschapsdieren zijn ontzettend goede
bruggenbouwers. Ga maar eens wandelen met een hond. Mensen die
je anders straal voorbij lopen, spreken je nu aan. Wat een mooi
dier, Hoe oud is hij of zij? Zelfs met mensen die je helemaal
niet kent, is het ijs snel gebroken. Dieren leveren gespreksstof
en soms ook een gevoel van samenhorigheid. Tussen twee baasjes
ontstaat al gauw een gesprek. Deze eigenschap wordt trouwens ook
gebruikt door psychologen. Bijvoorbeeld wanneer je het
vertrouwen van een kind moet winnen, gaat dat een stuk
makkelijker als je eerst samen wat met een dier kunt spelen,
over het dier kunt praten enz.
Maar ook thuis of in instellingen zoals
in een rusthuis zijn
huisdieren belangrijke katalysatoren van sociale contacten. Het
vergemakkelijkt de communicatie tussen de gezinsleden over de
generaties heen. Kleinkinderen vinden het heel wat leuker om bij
oma of opa op bezoek te gaan als ze daar een beetje met de hond
kunnen dollen, de poes kunnen aaien of de dwergkonijntjes
voederen. Bovendien creëren huisdieren vaak een positieve sfeer,
een sfeer van sympathie en openhuid die afstraalt op het hele
gezelschap.
Het enige waar je op moet letten, is dat het huisdier zelf nooit
de bron wordt van twisten. Daarom is het noodzakelijk dat er
duidelijke afspraken gemaakt worden en iemand de
verantwoordelijkheid voor het dier op zich neemt."
Dokter De Brandt: "Dieren zijn prima bemiddelaars en soms ook
schitterende bliksemafleiders. Zij vangen de eerste frustratie,
soms zelfs agressie op. Maak je maar eens lekker boos op de hond
of de poes. Twee minuten later komt hij of zij alweer om wat
aandacht bedelen, alsof er geen vuiltje aan de lucht is."
DIEREN IN EEN
INSTELLING? GRAAG!
Heel veel ouderen hebben een huisdier dat hen gezelschap houdt
en plezier schenkt. Helaas moeten zij er soms plots en totaal
onvoorbereid afscheid van nemen: omdat ze in het ziekenhuis
worden opgenomen, naar een rust- of verzorgingstehuis
verhuizen,... En dit op een ogenblik dat ze precies extra
behoefte hebben aan een onvoorwaardelijke vriend. In het
Sint-Franciscustehuis in Brakel hebben ze dat probleem opgelost.
Kinesiste Helga De Pelsmaeker: "In ons tehuis hadden we vroeger
al vogels, vissen en konijntjes die zorgden voor een huiselijke
sfeer, maar hun aaibaarheidsfactor was praktisch nihil. Een
viertal jaar geleden besloot de directie een Jack Russell-pup
uit een nest van de dochter van een bewoonster te adopteren. Zo
kwam Jack in het tehuis terecht. De jonge hond sloofde zich
echter dag en nacht uit en daarom werd besloten hem enkel
overdag zijn sociale visites te laten afleggen, maar hem 's
avonds met iemand van de directie naar huis te laten gaan. En zo
verloopt dat nog steeds. Aangezien de bewoners op de eenheid
waar Jack overdag verbleef zeer positief reageerden en we
ondervonden dat het dier de sfeer niet alleen huiselijker, maar
ook meer ontspannen maakte, werd een half jaar later Cobe, een
halfzusje van Jack met open armen verwelkomd in een afdeling
voor dementerenden. In een andere afdeling voor dementerenden
werd de poes Molly, die hier op een dag als klein poesje voor de
deur stond, opgenomen. Niet alleen de bewoners maar ook het
personeel reageerde zeer positief. De dieren werden ook door hen
beschouwd als troosters, als een welkome afleiding bij de soms
psychisch zware situaties waar zij tijdens hun werk mee
geconfronteerd worden."
"ER IS HIER
IEMAND GEWEEST, IK BEN NIET ALLEEN..."
Voor de bewoners verminderen de dieren ook het gevoel van angst
en eenzaamheid. Helga De Pelsmaeker: "Ze doen regelmatig hun
ronde in de kamers en dat volstaat om hen een gevoel te geven
van: er is hier iemand geweest, ik ben niet alleen. We stelden
ook vast dat de dieren een kalmerende invloed uitoefenden op
sommige mensen. Daarom werd gestart met een proefproject om uit
te maken of een hond het werk van de nachtequipe niet zou kunnen
verlichten door de onrust bij sommige bewoners te verminderen.
Daarvoor moesten we natuurlijk een heel lieve, rustige en
sociale hond vinden. Zo kwam Jerca bij ons, een Golden Retriever,
die een opleiding tot hulphond had gevolgd maar omwille van een
heupprobleem die taak niet op zich kon nemen. Voor ons bleek
Jerca de ideale partner. Ze verblijft fulltime in de instelling.
Aanvankelijk 'werkte' ze afwisselend overdag en 's nachts, maar
dat bleek te zwaar. Nu begeleidt ze me in de voormiddag, tijdens
de stapronde met de bewoners. Dat werkt stimulerend. Ook de ergotherapeute zet Jerca regelmatig in. Soms hebben
mensen de
grootste moeite om voorwerpen vast te houden, maar de hond
borstelen lukt wél, en met plezier. Ook in de snoezelactiviteiten heeft Jerca haar aandeel. En het project
'nachtelijke onrust' wordt opnieuw opgenomen zodra we een
geschikte hond gevonden hebben."
Wat als een bewoner bij opname in het tehuis zijn eigen huisdier
wil meebrengen? "Dat kan, mits er duidelijke afspraken gemaakt
worden en er aan een aantal basisvoorwaarden wordt voldaan. De
bewoner moet zelf voor het dier kunnen zorgen en iemand moet de
zorg willen overnemen als dat op een bepaald ogenblik niet meer
mogelijk zou zijn. En het dier moet gezond zijn. Dan komt het
drie maanden op proef. Maar we zijn flexibel.
We zullen er
altijd voor proberen te zorgen dat de bewoner geen afscheid moet
nemen van zijn dier."
MET HUISDIEREN NAAR HET
RUSTOORD
De ervaring op het terrein en hun eigen liefde voor dieren
hebben dokter De Brandt en zijn echtgenote Nicole, ertoe
aangezet een opleiding te volgen bij Chakka (*). Deze vereniging
leidt mensen op en begeleidt hen om op vrijwillige basis en met
hun eigen huisdieren in rusthuizen op bezoek te gaan. "Ik volgde
de opleiding met onze Bouvier Lynn, die we adopteerden uit een
asiel", vertelt dokter De Brandt. En mijn echtgenote met de
Westhighland white terrier Vodka." Lynn bleek achteraf nogal
groot en nu neemt de jonge zwarte poedel Chelsey deze taak op
zich. "De poedel is ideaal voor dergelijke bezoeken", vult
echtgenote Nicole aan. "Haar lange haar nodigt uit om te aaien,
om ermee te spelen en de gekleurde elastiekjes of strikjes die
we erin steken trekken de aandacht, ook bij dementerende
bewoners. Maar het hoeft niet altijd een hond te zijn. Wij nemen
ook onze papegaai Diego mee naar het rusthuis. Ook hij zorgt
voor afleiding."
"In het begin was er wel enige weerstand.
Veel personeelsleden
in rusthuizen zien dieren omwille van hygiënische redenen
absoluut niet zitten. Daarom letten wij heel erg op de hygiëne.
De honden zijn altijd mooi verzorgd, we nemen steeds een
dekentje mee waar ze op gaan zitten en we hebben ook altijd twee
lijnen mee. Zo kunnen we met de bewoners een wandelingetje maken
terwijl zij één lijn vasthouden en wij de andere. Dan kan de
hond hen nooit door een onverwachte beweging uit hun evenwicht
brengen."
Natuurlijk kan zoiets alleen met honden die heel rustig zijn,
goed luisteren en niet te snel schrikken. Ze mogen bijvoorbeeld
niet bang zijn van rolstoelen, maar ook niet reageren als
sommige bewoners al eens wat ruwer door hun pels aaien. "De
rusthuisbewoners kijken uit naar de bezoeken. De hond is een
neutraal gespreksonderwerp maar dat niet zelden herinneringen
oproept waardoor ze hun eigen verhaal beginnen te doen. De
dieren worden soms ook ingezet in coördinatieoefeningen:
borstelen, een stoffen been weggooien dat de hond dan
terugbrengt en zo meer. Voor sommige mensen beantwoordt het
lichamelijke contact met die hond écht aan een behoefte."
(*) Chakka, Lammekensknokstraat 44, 8770 Ingelmunster, tel. 051
30 85 46 Gegevens over rust- en verzorgingstehuizen die dieren
aanvaarden, vindt u in het Jaarboek van de Ouderenvoorzieningen.
Vlaanderen en Brussel, uitg. SQS, tel. 024 14 91 43
KIOSHI 'WERKT'
OP DE PALLIATIEVE ZORGEN
Dieren in een ziekenhuis... Onmogelijk, denkt u? Niet op de
eenheid Palliatieve zorgen in het
AZ Sint-Lucas in Gent. Hier is Kioshi één van de vaste bewoners. Een gesprek met haar 'baasje',
de verpleegster Marleen Verschueren. "Het idee om een hond op de
afdeling in te schakelen kwam van de oncoloog, dokter Botterman.
Hij had zijn inspiratie gehaald in de Engelse Hospices. Wij doen
er op onze afdeling alles aan om een zo huiselijk mogelijke
sfeer te creëren. In de woonkamer staat een aquarium met vissen,
in de gang een kooi met een papegaai en één met parkieten.
Alles
wat de levenskwaliteit van onze patiënten en hun familie ten
goede komt, is hier welkom. Maar een hond binnenhalen was
natuurlijk nog iets anders. De geschikte hond vinden, duidelijke
afspraken maken met het personeel, voldoende vrijwilligers
zoeken om voor de hond te zorgen zonder iemand te verplichten,
een eigen plek voor de hond inrichten,..."
Kioshi is een hulphond die opgeleid werd door
Hachiko (*). "Ze
kent 52 commando's en het personeel heeft kleine
geplastificeerde kaartjes waarop de belangrijkste staan. De
bewoners zijn volledig vrij om het bezoek van Kioshi in hun
kamer toe te laten of te weigeren. Dat wordt met een kaartje aan
de deur kenbaar gemaakt. Intussen is Kioshi een duidelijke
meerwaarde geworden in de zorg op onze afdeling. Wanneer ze er
niet is (Kioshi heeft een vijfdaagse werkweek en jaarlijkse
vakantie!), zijn er steevast bewoners die naar haar vragen. Haar
authentieke en rechtlijnige gedrag brengt een spontane,
ontspannen sfeer die in staat is de zware emotionele geladenheid
die hier soms heerst wat draaglijker te maken. Tegenover Kioshi
hebben de bewoners weinig of geen remmingen om hun emoties te
uiten. Haar fysiek aanraken of aangeraakt worden, affectie geven
of ontvangen, het gaat allemaal makkelijker. Kioshi's
aanwezigheid en haar spontane gedrag zijn een troost voor
patiënten en familieleden. Het dier brengt ook afleiding zodat
de mensen even hun pijn en hun lijden vergeten. Op korte tijd is Kioshi de mascotte van de afdeling geworden."
Vanzelfsprekend
zijn dieren slechts goed voor de gezondheid, als de relatie met
het baasje gezond blijft. Sommige mensen durven wel eens
overdrijven en gaan hun huisdieren als mensen behandelen. Ze
schrijven het dier allerlei menselijke gedachten, vaardigheden
en redeneringen toe die niets meer te maken hebben met
aangeboren dierlijk gedrag. Zulke houding brengt het dier in
verwarring en dat is om problemen vragen.
Een dier blijft
zijn eigen gedrag, aanleg en behoeften behouden en daar moeten
we als eigenaars op een juiste manier mee omgaan. Zo zijn honden
roedeldieren. Zij moeten altijd duidelijk weten wie de baas is,
wie de roedel leidt. Anders gaan zij spontaan de leiding op zich
nemen. Dat ze dan wel eens agressief uit de hoek komen om hun
roedel te verdedigen, kan hen niet kwalijk genomen worden. Als
baasje van een huisdier moet je de situatie dus altijd de baas
blijven. In tegenstelling tot wat sommigen denken, doet een
gezonde autoriteit tonen tegenover uw geliefde viervoeter geen
afbreuk aan uw dierenliefde.
linktip:
DELTA SOCIETY
- Therapeutisch werken met dieren (Engelstalig)
MEER INITIATIEVEN...
Rusthuisbewoners beginnen
met duivenmelken
bron:
HBVL - 4/02/2011 - Linda Theunissen
De
duivensport heeft een nieuwe toekomst, want wie anders dan
senioren in rusthuizen kunnen het best de duiven melken? De
duivenbond vatte daarom het plan op om aan verschillende
rusthuizen een til te bouwen. De bewoners onderhouden de til en
spelen met de duiven. Een win-win situatie, want “samen spelen
we voor mooie prijzen”, zegt begeleider Domenico Barberio.
“We doen dit om
de duivensport te promoten”, vertelt Jacky Custers. De
Hamontenaar is een gedreven duivenmelker en bestuurslid van de
duivenbond. “Deze til achter het Sint-Jan Berchmanstehuis is de
eerste die we om die reden bouwen, maar hopelijk komen er snel
andere bejaardentehuizen bij. Uiteraard willen we wel zeker
weten dat de duiven goed verzorgd zullen worden. Gelukkig was
Domenico Barberio bereid om de rusthuisbewoners te begeleiden.”
Barberio is een ervaren duivenmelker uit het Nederlandse Weert.
Hij was in 2001 winnaar van de West-Europese supermarathon en
won in datzelfde jaar de Europabeker. Hij woont in Italië, maar
een paar maanden per jaar verblijft hij aan de Bosstraat,
tegenover het Sint-Jan Berchmanstehuis.
“Met plezier begeleid ik de bewoners bij de verzorging van de
duiven”, zegt hij. “Er zijn al zes duiven aangekomen, maar
uiteindelijk zullen het er twintig worden. De duiven hebben
uiteraard een goede verzorging nodig. Daar gaan we de senioren
zoveel mogelijk bij betrekken.
Dat houdt onder meer in dat we altijd op dezelfde tijd het hok
schoonmaken, de duiven voederen en ze trainen. Als dat lukt,
zullen we samen spelen voor mooie prijzen”, belooft Barberio.
PAULINA JOOSTEN (81)
ANDRE DE WINNE (83)
DYMPHNA BRAEKEN (87)
"Doet me denken
aan
vroeger"
Paulina Joosten
(81) ziet het alvast helemaal zitten, de duiven brengen
herinneringen bij haar boven. "Tot aan de oorlog heeft mijn man
duiven gehad, soms waren het er wel meer dan honderd. Mijn broer
Mathieu (79) is hier in Hamont nog bij de duivenbond", vertelt
ze. "Ik ben er mee opgegroeid en vind het fijn om ze opnieuw te
zien. Vroeger reed ik met mijn fiets met achterop een grote
rieten mand om bij het trainen van de duiven, hen een aantal
kilometer weg te brengen en dan los te laten. Dan zegden de
mensen: Waar gaat die mand met die fiets naartoe?"
Paulina woont al anderhalf jaar in de serviceflats achter het
tehuis. Met haar vriendin Dymphna zal ze de duiven nauwlettend
in het oog houden. "Het brengt wat afwisseling in onze
dagelijkse bezigheden", klinkt het opgewekt.
"Er is al een kat
in de
buurt"
André De Winne
(83) en Roger en Yvonne Van Vlierden verheugen zich ook op het
nieuwe leven rond het tehuis. "Maar ze zullen moeten oppassen",
waarschuwt André. "Toen ze het hok aan het bouwen waren, ben ik
regelmatig gaan kijken. Ik zag regelmatig een kat in e buurt
komen loeren, die kwam kijken of er al iets te eten viel." Toen
Roger vijftig jaar geleden van Oudergem bij Brussel naar Achel
verhuisde had hij ook een nest sierduifjes bij. De reis
overleefden ze goed, maar de kat die ronddwaalde in de tuin was
er teveel aan.
"Sindsdien heb ik er heel goed voor gezorgd dat de duiven op een
veilige plaats zaten", lacht hij. Ook André kijkt ernaar uit.
"Mijn vrouw en ik zijn niet meer zo goed te been. Nu hebben we
in de zomer een extra doel om eens naartoe te wandelen."
"Met zicht op
de
duiventil"
Vanuit haar serviceflat kijkt
Dymphna Braeken (87) op de nieuwe duiventil. Samen met haar man
zaliger Harrie Claes had ze vroeger vogels. "Harrie was bij de
vogelbond, hij had zowat duizend vogels", mijmert ze. "Zijn
broer Jaak was ook duivenmelker, en nu diens zoon ook. Als ik zo
naar de til kijk, denk ik aan Harrie en aan Jaak. Het was een
mooie hobby, ach, kon die tijd maar terug komen. "Dymphna kijkt
er naar uit om samen met Paulina regelmatig naar het duivenhok
te wandelen. "Een mooie afwisseling, het hok staat achter in de
tuin met een bankje erbij. dan kunnen we tegelijkertijd wat
rondkijken. Met zicht op de duiventil."
VTM-nieuws - 9/10/2009 - Duivenhokken in rusthuizen
GERAARDSBERGEN - In het rusthuis Beauprez in
Geraardsbergen is als experiment een duiventil gezet
en meteen speelden de 'Beauprez Bastards' de pannen
van het dak. 'Omdat ik elke dag alle duifjes
betast', zegt Luc Herregods.
'Onze allerbeste prestatie vorig seizoen was Bourges,
een wedstrijd van 412 kilometer. Tien van onze
zeventien duiven waren toen bij de eerste 200 en
vielen dus in de prijzen. Van de andere hokken
vliegt meestal maar een derde van de duiven in de
prijzen. Bij ons is dat altijd meer dan de helft;
daarmee doen we het stukken beter dan de rest', zegt
rusthuisbewoner Luc Herregods (67).
Duiven
van rusthuis winnen alle prijzen
zie:
Het Nieuwsblad - 1/04/2011