|
|
MANTELZORG: EEN ONMISBARE
SCHAKEL...
|
wat is mantelzorg?
Mantelzorg is een volkomen vrijwillige,
gratis en niet-professionele hulpverlening, die meestal gebaseerd is op een
reeds bestaande relationele betrokkenheid met de zorgbehoevende (chronisch
zieke of gehandicapte partner, ouder, kind,...).
Deze
relationele band hoeft echter geen familiale verwantschap in te houden, maar
kan evenzeer een buur, vriend of welke persoon dan ook betreffen, die
persoonlijk nauw betrokken is.
Mantelzorg betreft een persoonlijk engagement ten dienste van
een persoon, die omwille van allerlei redenen chronisch zorgbehoevend is
geworden. Dat kan zijn omwille van een accidenteel gebeuren, ziekte,
verslaving, ouderdom,...
De mantelzorgtaken die de
verzorg(st)er op zich neemt, zullen meestal
rechtstreeks verband houden met de belangrijkste noden van de
behoevende. Die kunnen variëren van praktische dienstverleningen zoals
bijvoorbeeld administratieve bijstand, vervoer, huishouding, verpleging of boodschappen
doen. Maar ook van een meer gevoelsmatige aard zoals aandacht,
begrip of emotionele omhulling, die de zorgbehoevende
een groter persoonlijk houvast en gevoel van geborgenheid geven.
onmisbare
schakels
Ondanks de
cruciale belangrijkheid van een mentaal welbehagen en de daarbij
ontegensprekelijke correlatie met somatische klachten, is onze
hedendaagse zorgverlening jammerlijk nog steeds hoofdzakelijk
georiënteerd op een loutere somatische benadering.
(zie ook
of klik
hier voor artikel Luc Van de Ven,
gerontopsycholoog)
Daardoor zijn mantelzorgers
onmisbare schakels in het sociale
vangnet van de betrokkene. De afhankelijkheidssituatie beperkt de
zorgbehoevende immers in zijn mogelijkheden om zelf invulling geven aan zowel
praktische als belangrijke psychische noden, hetgeen kan leiden tot
een nog groter afhankelijkheidsgevoel, frustratie, moedeloosheid,
isolement en tenslotte apathie, een gebrek aan levensvreugde
en depressie.
belasting
Door het regelwerk dat bij deze zorgtaken komt kijken, hebben veel
mantelzorgers steeds minder tijd voor hun eigen agenda. Bovendien kost
het geven van mantelzorg veel energie
en kan de emotionele druk soms hoog zijn. Dit vergroot de kans op overbelasting en
stressituaties,
waardoor mantelzorgers soms zelf ziek worden of in problemen raken bij het
combineren van mantelzorgtaken en werk. (zie ook:
Mantelzorger, denk ook aan
jezelf!)
motivatie
Een
juiste motivatie, die niet
gekiemd is vanuit een gevoel van
medelijden, verplichting of
schuldgevoel, dan wel een
spontane betrokkenheid en
hartelijkheid jegens de
betrokkene, kan deze taak enkel
gunstig beïnvloeden. Tevens zal
ook een realistisch beeld op
- en afbakening van - de eigen
mogelijkheden onontbeerlijk
zijn, evenals een overleg met
alle betrokkenen in eigen
omgeving of gezin.
schematisch
figuur 1
Deze
schematische voorstelling illustreert gradueel de nabijheid
van vooral een individuele, gevoelsmatige en meer
intieme betrokkenheid
en omhulling van de zorgbehoevende, via mantelzorg en
persoonlijke sociale contacten.
figuur 2
Het ontbreken van deze
belangrijke mantelzorgfuncties kunnen voor de afhankelijke
zorgbehoevende aanleiding vormen tot een psychisch vacuüm.
Een escalerend (psychisch) onbehagen door isolement,
vereenzaming en gebrekkige eigenwaarde zullen hierbij vaak
bijdragen tot een gebrek aan zingeving, levensmoeheid, depressie
of andere psychische disfunctie, met ook lichamelijke
klachten. Helaas wordt daarbij de oorzakelijkheid door de somatisch
georiënteerde zorgverlening dikwijls niet correct geduid
of gepaste aandacht toebedeeld.
Men hoeft overigens
geen zorgafhankelijke oudere te zijn om in dergelijke situatie
terecht te komen, maar het zal begrijpelijk zijn dat deze
leeftijdsgroep wel bijzonder kwetsbaar is...links
|
deodata.be als indicatief
Deodata
werd als kloosternaam aan Antonia Nouwens toebedeeld in 1927, toen ze op 20-jarige
leeftijd intrad bij de kloosterorde van Cenakel te Tilburg.
Gedurende de daarop volgende 52 jaren zou ze als zuster
Deodata aangesproken worden.
In 1981, op haar 74ste levensjaar, trad Antonia na 52 jaar
uit het kloosterleven en een eerder toevallig ontstane
vriendschap in 1985, groeide uit tot een hechte band, waaraan
de jarenlange en huidige mantelzorg van de auteurs van
ouderenhart.be, ten grondslag ligt.
Antonia's eeuwfeest op 13/11/2007
vormde een rechtstreekse aanleiding om herinneringen aan dit
feestelijk gebeuren en haar levensloop in beeld te brengen, via
haar website
www.deodata.be. Later werd deze
site uitgebreid met 'Tonia
Vandaag', waar allerlei weetjes en belevenissen uit het
dagelijkse leven van Antonia en haar omgeving beschreven worden.
Gezien
de rapportage van zowel minder belangrijke
als meer ingrijpende ervaringen uit het leven van deze
hoogebejaarde rusthuisbewoonster kunnen we,
indien nuttig, gebruik van deodata.be als indicatieve verwijzing of voorbeeld.
Mocht u nog geen bezoek gebracht hebben aan
deodata.be, dan bent u
alvast van harte welkom!
|
|
Groen! wil statuut voor mantelzorgers
bron:
Knack.be
- 29 juni 2011 - foto: Lieven
Van Assche
Als iedereen langer moet werken, wie zal
dan nog de zorg kunnen opnemen voor een hulpbehoevend
familielid, vraagt Groen!-parlementslid Mieke Vogels zich af.
Mantelzorgers
zijn doorgaans mensen tussen de 55 en de 65 jaar die vervroegd
met pensioen zijn kunnen gaan en die bijspringen in de opvang
van kleinkinderen of hulpbehoevende familieleden. Met hoeveel ze
precies zijn en hoeveel uren zorg ze verlenen, is niet bekend.
En net dat is een probleem, vindt federaal parlementslid Mieke
Vogels (Groen!). Het federaal planbureau rekent nu uit hoeveel
onze pensioenen zullen kosten en hoelang we daarvoor zullen
moeten werken. Maar het planbureau zou ook de mantelzorg mee in
rekening moeten brengen, vindt Vogels.
Wat is het probleem precies?
Mieke Vogels: We zitten nu al met wachtlijsten in de
kinderopvang, in de gehandicaptenzorg en in de bejaardenzorg.
Vlaams minister van Welzijn Jo Vandeurzen (CD&V) zei onlangs nog
dat er elke maand drie rusthuizen bij zullen moeten komen om aan
de vraag te voldoen. Als de mantelzorgers binnenkort allemaal
langer moeten werken, dan dreigt die informele zorg weg te
vallen en neemt de druk op de professionele zorg nog toe.
Het debat over de verhoging van de pensioenen wordt nu te
eenzijdig gevoerd. We moeten oppassen dat we geen nieuwe
problemen creëren door andere op te lossen. Wat wij vragen is
dat er naast de verlenging van de pensioenleeftijd ook een
statuut komt voor mantelzorgers. Anders dreigt de informele zorg
weg te vallen. Er
bestaat toch al een systeem van zorgverloven?
Vogels: Zorgverlof is beperkt tot een periode van twaalf maanden
en geeft de persoon in kwestie een vergoeding. Wij vragen geen
vergoeding, maar wel de mogelijkheid om enkele jaren zorg op te
nemen met behoud van alle rechten voor de sociale zekerheid.
Wat houdt het statuut
precies in?
Vogels: De federale sociale zekerheid werkt met criteria voor
zorgbehoevenden. Wat wij willen, is dat als je aan die criteria
voldoet, je het recht krijgt om een voltijdse of twee halftijdse
mantelzorgers aan te stellen. De mantelzorgers moeten
aangesloten zijn bij een erkende vereniging en behouden al hun
rechten voor de sociale zekerheid. Dat wil zeggen dat de jaren
mantelzorg meetellen als werkende jaren voor de berekening van
het pensioen. Wie ontslag heeft moeten nemen of deeltijds gaat
werken, behoudt alle rechten bij de RVA. Nu wordt de sociale
én economische rol van de mantelzorg volledig onderschat.
Daar willen we met dit voorstel verandering in brengen. (Cathy
Galle)
Deze ijverige 50-plusser is de insinuaties beu
bron:
De Morgen
- 22/06/2010
Mieke Vogels
beantwoordt aanval op het tijdskrediet van het VBO.
Mieke Vogels is Vlaams Parlementslid (Groen!),
voormalig minister van Welzijn en vijftigplusser.
Het merendeel van de vijftigplussers die minder gaan
werken, ziet het tijdskrediet als een aanloop naar
brugpensioen op 58 en dat kan niet, stelde
VBO-topman Pieter Timmermans. Vogels is de
insinuaties grondig beu.
Mieke Vogels beantwoordt aanval op het tijdskrediet
van het VBO
Als vijftigplusser ben ik het beu om steeds weer te
horen dat mijn generatie, die van de babyboomers,
lui en werkonwillig is. De ouderen liggen veel te
snel op hun luie krent en laten de jongeren
opdraaien voor hun pensioenen. Profiteurs zijn we
nog net niet maar het wordt wel duidelijk
geïnsinueerd. Het Verbond van Belgische
Ondernemingen (VBO) bij monde van Pieter Timmermans,
speelt de oude truc 'verdeel en heers' en tracht
zo de generaties tegen elkaar op te zetten.
Dat is niet alleen een verderfelijke redenering, ze
is bovendien onjuist. Oudere en jongere werknemers
hebben dezelfde belangen. Iedereen wil naast het
werk ook tijd over hebben om door te brengen met
vrienden en familie en te zorgen voor de kinderen of
de zieke ouders. Iedere werknemer vindt het
belangrijk dat ook dat de mens achter de
werknemer erkend wordt. Die mens heeft heel wat meer
bekommernissen dan enkel topprestaties voor het
bedrijf of de onderneming te leveren.
Het leven van mensen verandert voortdurend, en
gelukkig maar. Mensen moeten ervoor kunnen kiezen om
het werk even op een lager pitje te zetten en een
tijdlang voorrang te geven aan opvoeden, zorg of
bijscholing. Daarvoor werd het tijdskrediet
ingevoerd. Tijdens paars-groen werd er zelfs extra
ingezet om de federale tijdskredieten
aantrekkelijker te maken door een Vlaamse
aanmoedigingspremie. Dit is een mooi voorbeeld van
de toepassing van de Maddensdoctrine, maximaal
gebruik maken van de eigen bevoegdheden om aan meer
werknemers de mogelijkheid te geven hun loopbaan op
eigen maat uit te bouwen.
Daarenboven is het tijdskrediet ook essentieel in
het debat over langer werken. Heel wat
vijftigplussers willen graag langer aan de slag
blijven maar kunnen het tempo niet aan. Kiezen
voor tijdskrediet of brugpensioen is vaak een
gedwongen keuze omdat de werkdruk onhoudbaar is
geworden of omdat onze arbeidsmarkt te weinig
flexibel is. Denk maar aan de verpleegster die
al dertig jaar lang elke dag zieke patiënten
verzorgt. Of bouwvakkers die dagelijks kilo's en
kilo's zand en stenen moeten verslepen. Een andere,
minder belastende job of een aangepaste
eindeloopbaanregeling kan veel vijftigplussers wel
op de arbeidsmarkt houden. In het Wittewoede-akkoord
dat ik als Welzijnsminister in 2000 met de
zorgsector afsloot, kregen vijftigplussers extra
verlofdagen. Door het iets lagere werkritme konden
ook deze mensen toch aan de slag blijven.
Het VBO danst bij zijn aanval op het tijdskrediet op
twee benen. Enkele maanden geleden maande het VBO
werknemers van bedrijven in moeilijkheden aan een
dag per week minder te gaan te werken en ondertussen
hun tijdskredieten op te nemen. Brugpensioen of
tijdskrediet, het mag blijkbaar alleen als het de
werkgever uitkomt.
Pieter Timmermans gaat trouwens zeer ver in zijn
betoog om met de vijftigplussers de vloer aan te
vegen en de generaties tegen elkaar uit te spelen.
Hij stelt dat het tijdskrediet voorbehouden moet
worden voor ouders met jonge kinderen. Zijn stelling
is dubbel fout. Voor jonge ouders werd het
ouderschapsverlof ingevoerd. En vijftigplussers doen
heel wat meer dan luieren.
Vijftigplussers behoren tot de sandwichgeneratie en
combineren zorg voor hun hoogbejaarde ouders vaak
met (deeltijdse) opvang voor hun kleinkinderen. Welk
volume aan zorg en opvang ze opnemen, is helaas
nooit berekend. Het is wel duidelijk dat zonder
de inzet van deze vijftigplussers de wachtlijsten in
de kinderopvang nog langer zullen worden.
Zonder hun hulp zullen onze ouderen nog sneller naar
de veel duurdere ouderenvoorziening moeten verkassen.
Meer en langer werken zonder rekening te houden
met het leven van de mens achter de werknemers zou
onze samenleving wel eens duur te staan kunnen
komen. Minder mensen zullen dan zelf voor opvang of
mantelzorg kunnen zorgen. De overheid zal nog meer
middelen moeten investeren in professionele zorg.
Vandaag zijn er ellenlange wachtlijsten in de zorg.
Er is onvoldoende geschoold personeel om de zorg te
verstrekken. Niet het debat over het al dan niet
beperken van de tijdskredieten moet centraal staan,
wel de vraag of de grenzen aan het doorschuiven van
zorg en hulpverlening van het familiale en
buurtnetwerk naar de professionele zorg- en
hulpverlening niet bereikt zijn.
Het debat over tijdskrediet gaat niet alleen over
hoe we met zijn allen langer aan de slag kunnen
blijven, het gaat ook over welke samenleving we
willen: een samenleving waar enkel betaalde
arbeid gewaardeerd wordt of een
samenleving die ook
mantelzorg, vrijwilligerswerk en sociale
verbondenheid beloont? Ik ken alvast heel
veel vijftigplussers die hun (deeltijds) werk of
tijdskrediet combineren met die extra zorgtaken.
Vijftigplussers die zo op hun manier investeren in
de solidariteit tussen de generaties.
|
|
|
|