|
|
RUSTHUISARTS
GEEN EVIDENTE KEUZE
|
Al doet de tijdgeest
anders vermoeden, veel mensen stellen nauwelijks vragen en gaan
blindelings af op hetgeen een arts of andere zorgverlener
adviseert. De dokter heeft er immers voor doorgeleerd. Zo'n
afwachtende houding kan gevaarlijk zijn. Onze gezondheidszorg
wordt steeds ingewikkelder. Daardoor wordt de kans op fouten
groter. De zorgverlener is altijd verantwoordelijk voor het
voorkomen van fouten, maar een actieve houding van de patiënt
kan van levensbelang zijn.
|
|
Relatie
met
huisarts
Teleac - uitzending 20/02/2009
Veertien jaar
geleden is bij een operatie onbedoeld een zenuw geraakt bij
Jopie Teunissen waardoor ze altijd pijn heeft. Vanwege die pijn
moet Teunissen regelmatig naar haar huisarts, maar zijn praktijk
is telefonisch slecht bereikbaar. Daarnaast laat de arts veel
taken over aan zijn assistente. Als Teunissen de arts wel
persoonlijk te zien krijgt is hij ongeïnteresseerd, gesloten
en cynisch. Ze verliest het vertrouwen in de arts
compleet als ze naar aanleiding van klachten aan de schildklier
medicijnen voorgeschreven krijgt zonder dat de arts haar gezien
heeft. Ze wil een andere huisarts, maar dat blijkt
makkelijker gezegd dan gedaan. Aan het woord hierover komen:
Jannes Koetsier, arts en auteur, François Schellevis, huisarts
en onderzoeksleider NIVEL, en Alice Jansen (Cliëntenbelang
Utrecht/IKG). |
|
KEUZE HUISARTS BELANGRIJK
Een opname in een rusthuis is
meestal een aangrijpend
gebeuren, zowel voor de bejaarde
als de naaste betrokkenen, waarbij het
definitief besluit pas na heel
wat wikken en wegen tot stand
komt.
Door al deze turbulenties en
bijgaande gevoelens wordt
de keuze van een andere
huisarts wel eens over het hoofd
gezien. Een soms
onafwendbaar gegeven, indien de
bewoner geografisch op een
locatie zal verblijven, die
verder verwijderd is dan de
oorspronkelijke leefomgeving.
Wanneer dan bij een opname in een
rust- of verzorgingstehuis
gevraagd wordt of er een
voorkeur bestaat voor een
bepaalde arts, wordt er bij
gebrek aan een direct
alternatief, al eens vlug en
blindelings akkoord gegaan met de aanduiding
van een volkomen onbekende arts,
die verbonden is
aan het rusthuis zelf. Zelfs
minimale persoonlijke voorkeuren
worden dan uiteraard beknot.
|
Zelfs in het gewone leven en in
een eigen omgeving is het al
niet zo eenvoudig om een arts te
vinden waarbij, zelfs afgezien
van een louter medische
vakbekwaamheid, men zich maximaal
behaaglijk kan voelen. En dit omwille
van persoonsgebonden aspecten,
een vlotte communicatie en
overleg met een positieve interactie, een
noodzakelijke vertrouwensband en
ethische overeenkomsten, zoals bijvoorbeeld het
respecteren van een
euthanasiekeuze in bepaalde
omstandigheden.
|
WIENS BROOD MEN EET, DIENS
WOORD MEN SPREEKT...
Wanneer het volledige team van
eerstelijnszorgverleners
(verpleging en huisarts) zich
onder één dak bevindt of
grotendeels van eenzelfde tafel
eet, wordt de kans op (subtiele)
belangenvermenging groter.
Daardoor kunnen bijvoorbeeld belangrijke besluiten, diagnoses
of medicatiebeheer solidair en
unaniem verdedigd worden, die mogelijk
dienstig of passend zijn voor de
beleidsvisies van het rusthuis
of afdelingshoofd, maar niet
noodzakelijk de ouderling
individueel ten goede komen.
Het belangrijk voordeel van een
onafhankelijke en volkomen
autonome benadering door
een ongebonden en neutrale
huisarts, kan hierbij negatief
beïnvloed worden.
Uit getuigenissen en ervaringen
blijkt het zelfs regelmatig voor
te komen, dat een (rusthuis)arts
zich volgzaam oriënteert op
korte gesprekken met een
(hoofd)verpleger en het
schrijven van voorschriften op
diens verzoek, zelfs zonder
dat er enig onderzoek of contact
met de patiënt heeft
plaatsgevonden.
In een dergelijke context kan
een (hoofd)verpleger zich in de
realiteit makkelijk en
oneigenlijk
doktersbevoegdheden
toe-eigenen, hetgeen volstrekt
onaanvaardbaar is.
Ook in geval van betwisting
zal een collegiale
sfeer vanwege - of ten
overstaan van - een 'vreemde'
arts minder meespelen en zal die
arts zich door zijn
onafhankelijkheid meer vrij
voelen om zijn eventuele afwijkende
inzichten trouw te blijven, of
open te staan voor zienswijzen
van betrokkenen derden.
Uiteraard kunnen
natuurlijk ook
persoonsgebonden aspecten van de
arts, zijn visie op een
patiëntvriendelijk beleid en
zijn betrokkenheid en engagement
op een positieve of minder
positieve wijze bepalend zijn,
evenals
zijn potentie om, indien
wenselijk, tegen de stroom in te
roeien en trouw te blijven aan
zijn eigen inzichten of
intuïtie.
(zie als schoolvoorbeeld
verpleeghuisarts Hans Houweling
onder de rubriek > 'VASTBINDEN =
ONACCEPTABEL')
|
INBRENG EN OVERLEG MET BETROKKEN
DERDEN
Familieleden of
vertrouwenspersonen hebben
meestal een jarenlange omgang
met de bejaarde en
kunnen daardoor, als nauwste
betrokkenen en zelfs ondanks het
ontbreken van medische
disciplines, een meer
gedetailleerde voeling hebben met
de 'aardigheden en
eigenaardigheden' of
persoonsgebonden eigenschappen
van de bejaarde.
In plaats dat besluiten
getrokken worden, die enkel gebaseerd
zijn op een onderonsje tussen
arts en verpleging (en
mogelijk een gebrekkige
uitdrukking van de patiënt),
kunnen zij extra waardevolle en
betekenisvolle aanwijzingen
verschaffen, waar deze
zorgverleners misschien weinig of helemaal geen voeling mee hebben.
|
MEDISCH ALIBI
Door een keuze van een externe
en neutrale huisarts kan tevens
een misbruik van een boven
alles verheven ‘medisch’
geheim of alibi bemoeilijkt worden.
Maar al te vaak, en zogenaamd in
het belang van de patiënt, wordt
dit alibi gehanteerd ter
inperking van het zeggenschap
van, in normale omstandigheden
spreekgerechtigden, of
aangewend om een eigenzinnig
of belangenvermengend optreden te
maskeren.
|
RECHTSTREEKS INFORMATIE VAN
HUISARTS
Een huisarts is, boven elke
verpleegkundige, in de
eerstelijnszorg de bevoegde
autoriteit en een rechtstreekse
communicatie met hem is erg
belangrijk. Door directe en
geautoriseerde informatie uit
eerste hand te vernemen, kunnen
patiënt of gevolmachtigde zich
een beter inzicht vormen in de
diagnose en eventuele
behandeling. Tevens kan het hen
een houvast geven om een eigen
toezicht te houden over de
correcte uitvoering ervan.
|
KEUZE KAN OP ELK OGENBLIK
GEWIJZIGD WORDEN
M.b.t. de keuze van huisarts
bepaalt de wetgeving dat elke
rusthuisbewoner (of eventueel
gevolmachtigde) vrij een
huisarts mag kiezen en enkel
in dringende gevallen het
rusthuis een andere arts kan
contacteren. Zelfs indien
meerdere artsen aan het rusthuis
verbonden zijn, mag de vrije
keuze niet beperkt worden
omwille van organisatorische
redenen. Aansluitend hierbij mag
een bewoner of desgevallend zijn gevolmachtigde,
op elk ogenblik besluiten, om tot
een wijziging van huisarts
over te gaan. |
Vanuit een eigen specifieke
ervaring leerden we dat een
wijziging van een rusthuisarts
door een persoonlijk aangeduide
arts alleszins een immens
verschil kon uitmaken qua
betrokkenheid, vertrouwen,
respect en informatie. Waar we
vroeger nauwelijks door het
rusthuis of coördinerende arts werden gecontacteerd,
worden we nu na ELK
huisbezoek spontaan en persoonlijk
benaderd en aangaande
op de hoogte gebracht.
En zowel
medische evaluaties,
medicatiebeheer als eventuele
(be)handelingen worden ook met ons,
als nauwste betrokkenen met met
de oudere, uitgebreid overlegd en
in openheid besproken...
Enkel onze oprechte dank en
waardering voor deze huisarts!
(zie ook
hier) |
|
|